Elke generatie heeft eigen taalgebruiken en een eigen kijk op taal. Hoe zit dat bij jongeren die in de uitvaartbranche werken? Wat vinden zij van het gebruik van jargon, de taal van kleding, u versus je, of woorden als ‘lijkwagen’ en ‘doodskist’? Brancheblad Uitvaartzorg ging om de tafel met vier Jong BGNU-leden voor een goed gesprek over (uitvaart)taal. Voor het rondetafelgesprek schuiven aan: Jonne Siebrand (23, Siebrand Uitvaartbegeleiding), Liz Schrijen (23, Schrijen Afscheid en Herinnering), Noah Siebrand (28, Siebrand Uitvaartbegeleiding) en Wouter Groenleer (36, Monuta Wouter Groenleer).
Wat was je eerste kennismaking met ‘uitvaarttaal’?
Jonne: “Ik ben al van jongs af aan met uitvaarttaal bekend. Met een jaar of 12, 13 had ik mijn eerste bijbaantjes in het uitvaartbedrijf van mijn moeder. Kaarten vouwen, dat soort dingen. Later was ook wel eens gastdame.”
Liz: “Net als Jonne en Noah werk ik in een familiebedrijf. Ik ben begonnen op de marketingafdeling en heb zo’n beetje alle functies binnen het bedrijf doorlopen. Uiteindelijk besloot ik dat uitvaartbegeleiding was wat ik wilde en ben ik de opleiding bij Après la Vie gaan volgen. De taal in de uitvaartopleiding was voor mij toen dus al bekend.”
Log in of abonneer om het artikel te lezen.
Wilt u een account aanmaken?
Registreer